Het woord edelsteen komt van het Duitse woord Edelstein. Waarbij edel iets kostbaars betekent en Stein steen is. Zo is het woord ontstaan. Maar hoe ontstaan edelstenen dan? Edelstenen bestaan uit een of meerdere mineralen die heel langzaam samenkomen en dan edelstenen of kristallen vormen. Mineralen zijn stoffen die in de natuur voorkomen, zoals zout, ijzer en koper. En een edelsteen kan miljoenen tot wel miljarden jaren oud zijn, omdat het zo lang duurt voordat ze helemaal gevormd zijn. Wel mooi hoe de natuur dit allemaal zelf maakt. Maar het hier nog een weetje ;).

Edelstenen ontstaan op verschillende manieren. Bijvoorbeeld uit magma. Dat is heel heet, vloeibaar gesteente dat diep onder de grond zit. Magma is van de lava. En als het magma afkoelt, vormen er kristallen. Deze kristallen kunnen door aardverschuivingen naar de oppervlakte worden geduwd. Ook bergen die langzaam kleiner worden door erosie kunnen edelstenen worden. Erosie is wanneer delen van de bergen worden afgesleten door dingen zoals wind en regen. De kleine stukjes steen worden verplaatst door rivieren en komen uiteindelijk op de bodem van de zee terecht, waar ze hard worden en gesteente vormen. Sommige edelstenen kun je maar op bepaalde plekken ter wereld vinden. Die zijn heel zeldzaam dus. De hardste edelsteen die we kennen is diamant. Deze steen is bijna onmogelijk kapot te maken en wordt vaak gebruikt in dure sieraden. Maar er zijn ook edelstenen die op elkaar lijken. Er een edelsteen is die heel erg op goud lijkt, maar het niet is? Deze nepperd heet pyriet. Dit wordt ook wel 'goud van de gekken' genoemd. Het glinstert als goud, maar is eigenlijk gewoon een mineraal. Vroeger werd het veel als nepgoud verkocht. Grappig, toch? :)